Het geheugen van de vakbeweging

Aad de Vries (1930-2016)

Vakbondsman in hart en nieren

Oud-FNV-bestuurder Aad de Vries is op 11 januari 2016 in Gouda overleden. Hij werkte eerst in de koopvaardij en de bouwnijverheid voordat hij zich via de Centrale Kader School (CKS) van kaderlid opwerkte tot penningmeester van de federatie in de eerste moeilijke jaren, waarin de fusie van NVV en NKV organisatorisch gestalte zou krijgen. Leo Hartveld, huidig FNV-penningmeester herdenkt hem.

Aad de Vries, Aad de Vries, “self made man, van kaderlid tot vakbondsbestuurder”

Een groot deel van zijn leven is Aad de Vries actief geweest in de vakbeweging. Eerst als kaderlid en later, van 1965 tot 1990 als beleidsmedewerker en bestuurder.  Na een periode van varen en daarna werken in de bouwnijverheid is Aad gestart als beleidsmedewerker Scholing & Vorming bij de Bouwbond NVV. Later is Aad in het bondsbestuur gekozen, waar hij ook scholing & vorming in zijn portefeuille had en actief was in de schilders en stukadoorsectoren. Zo zat hij namens de bouwbond in besturen van bedrijfschappen Schilders en Stukadoors
In zijn loopbaan zijn er in ieder geval twee rode draden te vinden, die van scholing & vorming en die van penningmeester. Scholing & vorming is bij uitstek de manier waarop werknemers, arbeiders zich verder kunnen ontwikkelen. Of het nu is om je goed te kunnen uitdrukken, een afdeling te kunnen leiden, geld beheren als penningmeester, een vereniging te leiden als algemeen secretaris of op te komen voor jezelf als bewuste arbeider. Door zijn werkzaamheden in de bond maakte Aad ook zelf een ontwikkeling door, van assistent uitvoerder via kaderlid tot bestuurder van de Bouwbond NVV. De ouderwetse self made man, de bestuurder uit het kader. Daarbij was Aad een nuchtere, op feiten gerichte man, die niet achter elke nieuwe mode aan liep. Een man van niet lullen maar poetsen, eerlijk en standvastig.

Centrale Kader School

Over het opkomen voor anderen hoorde ik het volgende verhaal.  “Aad was ook een vriend tijdens zijn deelname aan de Centrale Kader School in het Kupersoord in Amersfoort, ik was eerstejaars. Hij zei tegen me: ‘Ga maar aan de tafel zitten waar je wilt. Niemand heeft hier recht een eigen plaats te claimen'”. Hij was een goede collega, die altijd voor iedereen die hem nodig had in de bres sprong.
Zelf ontwikkelde Aad zich ook door, want na een periode als bestuurder van de Bouwbond, we zouden nu zeggen FNV Bouw, werd Aad gekozen in het FNV Federatiebestuur. Daar was hij tien jaar penningmeester. Als zodanig heb je een reeks aan nevenfuncties, en voor Aad was dat niet anders. Met een grote verantwoordelijkheid naar de leden. Je gaat over de jaarlijkse inkomsten, de contributies van de leden, de begroting en ook over het vermogen en de bezittingen van de bond.
Zo was Aad bestuurder van het Gemeenschappelijk Beleggingsfonds van de FNV, waar de dubbeltjes en kwartjes van de leden beheerd worden. Maar ook commissaris bij De Centrale Verzekeringen, de Hollandse Koopmansbank, de Algemene Spaarbank van Nederland,  het Werknemers Beleggingsfonds, de Arbeiderspers BV en nog een reeks van gelieerde instellingen. Bij dit werk kwamen twee andere eigenschappen van hem naar boven, degelijkheid en betrouwbaarheid. 

Tropenjaren

De situatie in de vele neveninstellingen was niet overal positief. Bij de Arbeiderspers stond Het Vrije Volk zwaar onder druk, en Aad heeft zich fors ingespannen voor de positie van de mensen daar. Begin jaren tachtig zat de FNV zelf ook in zwaar weer. Ledenverlies noodzaakte tot bezuinigingen, wat intern de positie van de penningmeester niet gemakkelijk maakte. Het waren tropenjaren, de jaren waarin Aad in het Federatiebestuur zat. Eind jaren tachtig vertrok Aad uit het Federatiebestuur, maar ging nog enkele jaren door als bestuurder in algemene dienst. In die periode en na zijn pensionering heeft Aad nog diverse nevenfuncties namens de FNV en op persoonlijke titel gehad. Onder andere in de sociale zekerheidsfondsen, bejaardenhuisvesting en zorg voor verstandelijk gehandicapten.
De FNV is Aad dankbaar voor zijn bijdragen aan de samenleving, en de belangenbehartiging en ontwikkeling van arbeiders en de vakorganisatie in het bijzonder. Hij zal worden herinnerd als de zeer betrokken vakbondsbestuurder die hij was.
Leo Hartveld

Gouda, 16 januari 2016